Wat héb ik veel gehouden van deze kleine spruit! Zij koos míj uit! En dat is de basis van een onvoorwaardelijke liefde! Wederzijds!
Er kwamen 3 pups de huiskamer binnen. De één vloog linksaf achter de bank. De tweede rechtsaf onder de tafel en de derde kwam heel rustig, bijna schoorvoetend naar me toegelopen. Ze kwam tot mijn enkels, zó klein als ze was, ging ze recht voor me zitten. Ze keek me récht in de ogen en haar staartje kwispelde vrolijk heen en weer.
Ik zei: 'Ha lieffie! Ga je mee naar huis?' Ik pakte haar op en het was metéén raak. Ze week niet meer van mijn zijde. Zwaar verliefd was ik. Ik noemde haar terplekke Izzy. Toch vond ik het zielig voor haar dat ze geen speelkameraadje had. Zo gezegd, zo gedaan. 3 maanden later kreeg ze er een kameraadje bij.
Eigenlijk ben ik opgegroeid met honden, ook nog jaren 2 poezebeesten. Ik heb me daarom nooit voor kunnen stellen dat er mensen zijn die echt een hekel hebben aan dieren. Ik zat zelfs een keer met een buurmeisje in de auto en op het moment dat ik bij huis kwam aanrijden, zag ik mijn ouders uit hun auto stappen met hún hondje.
'Gássen!' riep mijn buurmeisje uit, terwijl ze naar het hondje van mijn ouders keek. 'Aaaacch' zei ik. 'Dat is het hondje van mijn vader en moeder!' en ze reagéérde niet eens. Ik weet heus wel dat niet iedereen gecharmeerd is van honden, maar dat zég je gewoon niet!
Ook nam ik mijn kleine hondjes altijd mee naar mijn ouders, want ze waren er gek op. Maar op een dag, toen mijn vader al een poosje niet meer leefde, had mijn moeder bezoek van haar zus met haar zoon en zijn vrouw. Ik zag zijn vrouw meteen heel ver achteruit deinzen en sprak autoritair: 'Haal wég dat vieze beest, bah!' Ik was gewoon écht gekwetst. Lievere hondjes kon je gewoon niet bedenken. Plus dat ik in het huis was van míjn moeder, dus was ik haar geen verantwoording verschuldigd.
En natuurlijk hield ik ze zo ver mogelijk bij haar vandaan. Maar meer omdat ik het een soort zielig vond voor de hondjes dat dát haar begroeting was, dan voor haar. Had ik ze ook nog eens in een andere ruimte moeten doen, was ik ook meteen vertrokken.
Dat is wat ik bedoel met mensen die niet van dieren houden. Je vóelt het verwijt van 'hoe dúrf je ze bij mij in de buurt te laten'. Is iemand báng voor honden, dan vind ik het een heel ander verhaal. Maar de manier waaróp, zei mij al alles over haar persoonlijkheid. Alsof iedereen er rekening mee moet houden dat zíj een hekel aan honden heeft. Is het niet normaal, dat als je in het huis van een ander bent, dat je je aanpast aan de omstandigheden daar?
Als ik daar over nadenk dan komt altijd de gedachte bij me op, waarom sommige mensen zich altijd moeten aanpassen. Dit soort situaties kan je je hele leven tegenkomen. Komt het bij dit soort mensen niet op, dat zíj ergens anders zijn en zíj zich behoren aan te passen? Blijkbaar niet. Blijkbaar vinden ze zichzelf belangrijker dan hoe ík me daarbij voelde...
Ik wil hierbij niet generaliseren, want er zijn ook mensen genoeg die dat wél voelen en zich aanpassen. Maar vaker niet dan wel. En dát is dus het grote verschil tussen dieren liefhebbers en diegenen die er een hekel aan hebben. Kijk, mijn ervaring is dat níet liefhebbers, vaak veel materialistischer zijn. Veel minder sociaal en dát geeft weer aan dat zij gevoelsarm zijn. Zij vinden zichzelf vaak belangrijker dan een ander en kunnen zelfs de gek steken met je gevoeligheid.
Wat mij altijd opvalt is het type mensen dat een dierenarts bezoekt. Je hebt daar altijd meteen aansluiting met de mensen, omdat ze een gezamenlijke liefde voor dieren hebben. Vaak als je met deze mensen meteen contact hebt, voelt het gemakkelijk. Alsof je ze al kent. Terwijl níet liefhebbers vaak wat afstandelijker zijn. Ik voel altijd meteen het grote verschil.
Dáárom is het voor een kind ook zo fijn als ze opgroeien met een dier. Ze leren spelenderwijs liefde te geven, te delen en dat het dier van ze houdt. No matter what!! Als ze verdrietig zijn, zal het dier er zijn om het te troosten. Het dier zal het kind beschermen. Het kind heeft een maatje waar het tegen kan praten als ze ergens mee zit. Want liever vertellen ze niet álles tegen mama. Ze voelen zich geborgen tegen de warme vacht. Ze hoeven 's nachts niet bang te zijn in het donker, omdat alleen zijn aanwezigheid ze al rust geeft.
Deze kinderen zullen ook opgroeien met een gezonde dosis empathie. Zij gebruiken van jongs af aan hun gevoelswereld van liefde en begrip. Dit gaat nooit verloren bij volwassenheid, míts ze zichzelf blijven en zich niet aanpassen of onderwerpen aan mensen die denken dat ze belangrijker zijn.
Dát is de hoogste energie die we op deze verknipte wereld heel hard nodig hebben: LIEFDE, BEGRIP en VRIENDELIJKHEID.
De ándere kant van de medaille is, als kinderen van jongs af aan dieren pesten of pijn doen. Dat is al een teken aan de wand. Wil je dat je kinderen de rest van hun leven sociaal zijn en begrip kunnen opbrengen voor anderen, die iets vervelends meemaken of ergens verdrietig over zijn, is het zéér belangrijk negatief gedrag tegenover dieren meteen in de kiem te smoren. Het is een teken dat ze er helemaal niets bij vóelen als ze een dier pijn doen. En alleen een standje is te makkelijk. Laat ze merken en vóelen dat ze iets gedaan hebben dat níet door de beugel kan.
Aangezien het tegenwoordig bijna een 'verschrikkelijke misdaad' is als je een kind een tik geeft, zal ik proberen het zachtjes uit te drukken. Een kind heeft op het moment dat het een dier pijn doet, een flinke uitbrander nodig. Wees gerust goed boos, zodat het in het geheugen van het kind blijft hangen en het zal voor de tweede keer écht wel eerst nadenken voor ze wéér die drang krijgt.
Het is voor mij als dierenliefhebber niet eens voor te stellen, dat iemand een dier kwaad kan doen. Mijn maag keert al om als ik een beeld zie dat er weer eens een hond vast gebonden aan een boom staat, omdat ie veel te lastig is om mee te nemen op vakantie. En een goed pension kost weer geld, dat liever aan andere dingen besteed wordt.
Ik zou er ook totáál geen moeite mee hebben, als dit soort mensen opgepakt worden en zélf worden vastgezet. Maar ach, zelfs dáár krijg je te eten en een t.v. op je 'kamer', terwijl Maxie die bij de boom is achtergelaten, gewoon mag dood gaan van honger en dorst. Nee, dit soort mensen zouden voor 10 jaar elke maand een flinke boete moeten betalen. Dát is waar je ze raakt. Dát vinden ze belangrijker dan elk beetje gevoel aan het dier te wijden, waar ze zélf voor gekozen hebben. Alsof ze een bankstel hebben gekocht, die achteraf toch niet écht een goeie keuze bleek te zijn.
We hebben hier zelf ook een zwervertje lopen. De schoonmoeder van mijn zus was er kapot van dat haar hondje ongeneeslijk ziek was en hem moest laten inslapen. Het oude mensje deed niet anders dan huilen, dus gingen mijn zus en ik op zoek voor haar. Het zou een klein hondje moeten zijn en liefst een reutje. Je gelóóft het gewoon niet, dat er hier in Nederland in asiels alleen grote en middelgrote honden beschikbaar waren. Míjn emoties zitten verschrikkelijk hoog als ik zie hoeveel dieren smekend door de tralies van hun hok kijken, van alsjeblieft, ik wil mee.
Maar dat even terzijde, we moesten het gewoon verder weg gaan zoeken. Uiteindelijk werd het een hondje uit Portugal, die een verleden had. Zijn eigenaars zouden er 12 gehad hebben, wat eigenlijk wel gekkenwerk is, maar de vrouw adoréérde de dieren. Tót ze gingen scheiden. Ze nam er 2 mee en de rest liet ze bij haar ex achter. Zij werden later door de dierenambulance langs de snelweg terug gevonden.
De honden die in Nederland een mandje hadden gevonden, werden keurig in een bus vervoerd. Wij natuurlijk veel te vroeg. Je kon er natuurlijk vanuit gaan dat zo'n lange reis vertraging kon oplopen. Maar het viel eigenlijk alles mee. Een uurtje later dan gepland. Ik pakte het beestje aan van de Portugese vrouw die er moe uitzag door de lange trip. Mijn hart smolt meteen toen ik het kleine, magere mannetje vasthield. Ook al zagen ze er goed verzorgd uit voor de aflevering aan hun nieuwe baasjes, ze waren allemaal mager.
Het kleine mannetje bleek de naam Gizmo te dragen. O wat was ie blij om weer buiten te zijn. Het neusje trillend omhoog, alsof ie de buitenlucht diep in zijn longetjes zoog. Wij op weg naar het appartement van zijn nieuwe bazinnetje. Op de achterbank met mijn zus. Hij leek zich op z'n gemak te voelen. Later ook in zijn nieuwe thuis. Hij vond het allemaal geweldig. Wat wel opvallend was, dat ie constant achter de openslaande deuren naar buiten ging zitten kijken. Buiten leek erg belangrijk voor hem. We hoopten zó dat het goed zou gaan.
Een dag later belde ze... 'We hebben saampies goed geslapen hoor, maar hij staat constant bij de deur te huilen. En ik kan er niks aan doen dat ik het zo zielig vind dat ie zo graag naar buiten wil en ik huil dan met hem mee. Ik hoop zó dat hij gaat wennen. Het lijkt of hij het uitlaten niet genoeg vindt om buiten te zijn.' Mijn zus stelde haar op haar gemak, dat het gewoon een kwestie van wennen was...
Drie dagen later viel het doek. Huilend belde ze, dat hij bleef huilen. 'Kom hem alsjeblieft halen, ik weet er geen doen aan'. Wat vónden we het zielig voor haar. Ze was in die paar dagen al zó gek op het beestje, maar gunde hem óndanks het verdriet dat ze ervan had, dat ie beter af zou zijn met een tuin.
Jeetje ja, wat doe je dan? We konden het niet over ons hart verkrijgen het beestje weer weg te doen. No way! We hebben tóch al 2 honden, dus dat kleintje kon er nog wel bij.
Het is nou eenmaal zo dat wélke pup je ook ophaalt, dat diegene waar ze bij op schoot in de auto naar huis zitten, óók meteen degene is die ze aanbidden, tot de dag van vandaag. Gizmo is hier nu ruim 2 jaar en heeft werkelijk 2 persoonlijkheden. Zoals te zien op onderstaande foto is ie zó aanhankelijk en geniet van alle liefde die hij ontvangt. Hij kan zich zo heerlijk overgeven aan die vormen van liefde, terwijl hij ook weer heel zelfstandig kan zijn. Eenmaal buiten gaat ie lekker z'n eigen gang. In het land graven, waarna hij zomaar met zijn buit aan de haal kan gaan of er lekker mee binnen komt...
De andere kant van Gizmo is zijn getraumatiseerde kant. Je weet natuurlijk nooit wat zo'n beestje in zijn verleden verder heeft meegemaakt, maar langzamerhand werden er natuurlijk wel dingen duidelijk. Vooral in het eerste jaar. Zoals wij gewend zijn met het spelen met onze honden, is het weggooien van een speeltje. In eerste instantie wist het arme dier niet eens wat spelen wás. Maar toen ie er eenmaal kennis mee had gemaakt, was hij niet meer te houden. We gaven hem een piepspeeltje en gooiden dat weg, waar ie als de bliksem achteraan rende en er zelf mee ging gooien. Maar schopte je het met je voet weg, dan vloog hij je aan en beet in je voet.
Dit was een teken dat het dier geschopt werd door zijn vorige eigenaar. Ook bleek hij bang te zijn voor mannen. Mijn zwager heeft ie danook meerdere keren tot bloedens toe gebeten. Mij en mijn zus ook trouwens. Met onze grote Kangal Dragon is het ook nog weleens feest. Daar wil ie éigenlijk de baas over zijn, maar ja, dát gaat hem niet lukken. Dan vliegt ie hem af en toe aan en als we er dan tussen komen, bijt ie óns. Maar dat wéét je nou eenmaal bij een getraumatiseerd hondje. Dussss, is het wel duidelijk dat de vorige eigenaresse wél gek was met de hondjes, maar de ex niet. Anders dump je ze ook niet langs de snelweg.
Ik weet óók dat Gizmo een druppel is op de gloeiende plaat. Er zijn zoveel mensen die een hond 'erbij' nemen... Een hond néém je er niet bij! Vooral mensen die nooit een hond hebben gehad, vergissen zich nog steeds bij wat er komt kijken bij het opvoeden van een hond. Je kúnt ze niet de hele dag alleen laten. Dat doe je ook niet met een kind. Ik weet dat er mensen zijn die boos worden om deze vergelijking, maar geloof het maar, een hond ís net een kind! Ook zíj hebben gevoel!
Ik zal nooit vergeten dat Izzy (foto boven) opgroeide met haar maatje Zazu. Een zwart Tibetaantje, die 3 maanden later kwam dan zij. Ze moederde meteen over het kleintje en dat bleef zo. Ook hielp ze me bij de opvoeding. Bij het wandelen liet ik ze vaak loslopen op het landweggetje waar ik altijd loop en alleen auto's komen voor aanwonenden. Ze konden dan lekker rennen en een poosje hun gang gaan.
Als ik ze riep, was Izzy degene die altijd huppelend op me af kwam en Zazu liep altijd te teuten. Die had nooit haast. Komt het vandaag niet dan morgen wel. Maar als ik 3 keer geroepen had en ze kwam dan nóg niet, sprintte Izzy op haar af en vloog boven op haar. Alsof ze zeggen wilde: 'Ben je dóóf of zo?' Het leuke was dat ze naar haar luisterde en dan kwamen ze samen terug en kon ik ze weer aanlijnen.
Maar nou komt het: Zazu is altijd een beetje tobberig geweest met haar gezondheid. Ze kreeg na een paar jaar al glaucoom. Ik heb het een jaartje aangekeken, maar kwam er toch achter dat ze er pijn aan had. Dus liet ik haar oogje verwijderen, waardoor ze weer vrolijk rond huppelde. Ook had ze altijd jeuk. Dat is écht zielig. Ik heb 1 keer bij de dierenarts een spuit gehaald tegen de jeuk, maar dat spul is zó slecht, dat ze die maar een paar keer mag hebben. Dus dat was ook geen optie. Ik probeerde natuurlijk van alles, van verschillende shampoos tot vitaminen, vaak veranderen van voeding totdat ik hoopte eindelijk iets te vinden waar ze goed op reageerde.
Jammer genoeg was er niets dat hielp. Tótdat ik op een dierenforum een heel klein artikeltje tegen kwam van iemand die met hetzelfde bijltje had gehakt. Zij schreef dat karnemelk het enige was dat bij haar hond hielp. Tja, eigenlijk wel logisch, karnemelk reinigt. Het duurde een week of 3 en éindelijk zag ik verbetering, totdat de jeuk compleet over ging.
Helaas, tot mijn grote verdriet, werd ze niet ouder dan 9 jaar. Lymfklierkanker. Wat een gemis. En niet alleen voor mij. Ik begreep in het begin niet wat er met haar aan de hand was. Maar als ik daarna met Izzy ging wandelen, deed zich iets heel vreemds voor. Zodra we de werf af waren en op de dijk kwamen, liet Izzy zich op haar rug vallen en begon keihard te gillen. Ik schrok zó, dat ik haar meteen optilde en tegen me aanhield, waardoor ze weer rustig werd.
Oooo, zij zou toch óók niet iets mankeren. Niet nú al alsjeblieft. 2 snel achter elkaar zou ik niet verdragen. Maar eenmaal binnen ging het weer met haar. Ik pakte ze dan even op schoot en kroelde even met haar en dan was het weer goed. Ik kon ook niet merken dat ze pijn had. Dit speelde zich een week lang elke dag af. Jeetje, het leek of ze aangereden werd, zo gilde ze.
En opééns viel bij mij het kwartje. Ze miste Zazu... Altijd liepen ze samen en nu was ze alleen. Ik heb er toen heel snel een nieuwe pup bij genomen en ze was gelukkig weer blij.
Ik wil hier eigenlijk mee aangeven, dat mensen die niet van dieren houden, een hond alleen maar zien als een hond. En dat ze niet kunnen voelen en niet kunnen denken. Dan word er toch een hele grote fout gemaakt. Ik maakte het jaren geleden mee met onze bouvier. We hadden schapen lopen in het land en we waakten ervoor dat ze daar niet bij kwam. Maar de dame dacht daar toch echt anders over. Ik keek het binnen vandaan aan en zag haar voor het hek staan. Eerst zag ik haar graven onder het hek, waarna ze weer naar de schapen keek. Dat lukte dus niet. Oké, ik probeer het nóg een keer, maar ik kijk eerst of niemand me ziet en zag haar achterom kijken naar het huis.
Een nieuwe poging wierp nog steeds geen vruchten af, maar ik zag aan haar hele houding dat ze het niet op zou geven. Weer graven, weer achterom kijken. Oké, dan doe ik het anders en ik zie haar netjes over het hek springen. De drang was té groot om het te kunnen weerstaan.
Honden kunnen net zoveel verdriet hebben als wij, alleen zie je ze geen tranen met tuiten huilen. Een hond kan wegkwijnen van verdriet. Niet meer willen eten of drinken.
Ook de broodfokkers zou ik het liefst achter de tralies zetten. Ze geven je een paspoort met alle gegevens en stempels, zodat je zogenaamd kan zien dat ze alle inëntingen en wormenkuren hebben gehad. Zó triest! Geld is belangrijker dan het welzijn van de dieren. Ik had ooit een Berner. Wát een scheet! De clown in huis. Tenminste, nadat ik op aandringen bij de dierenarts haar ontlasting uitgebreid liet nakijken. Ze bleef als pup aan de diarree, zelfs tot bloedens toe. Maarrrr... zei de dierenarts. Ze is toch ontwormd? Kijk het alsjeblieft na, want ik vertrouw het niet.
Haar darmpjes zaten zó vol met wormen en parasieten, dat de darmwanden al aangevreten waren... Een antibiotica kuur en een wormenkuur hebben haar gered. Op 4,5 jarige leeftijd kreeg ze longkanker. 12 tumoren. Een meelevende oncoloog legde me uit, dat het ras zó kapot gefokt was, dat als ze maar even iets door beweging zouden kneuzen, er een trauma ontstaat waarin zich kanker ontwikkelt...
Wat geld met de dieren doet is écht vreselijk! Als ze er maar geld mee kunnen verdienen, doet de rest er niet toe. Maar het gebeurt nog steeds en er wordt eigenlijk niets aan gedaan. De officiële Berner club noemde de fokker de 'vermenigvuldenaar'.
Er worden niet voor niets steeds meer nieuwe rassen gefokt. Kijk naar de Labradoodle, de Boomers, de Pommeriaan, ga zo maar door. En, dan is er weer een nieuw ras geschapen, die zo voor 2000 Euro de deur uitgaan. En júist als het een modehond gaat worden, schuilt daar het gevaar.
Kijk alsjeblieft uit bij het aanschaffen van een o zo aanbiddelijke pup! Ga naar een particulier die af en toe een nestje heeft of vraag adressen aan bij de rasclub!
Werk er alsjeblieft aan mee om onze honden, die bij de liefhebber een lid zijn van het gezin, gezond te houden!
Reactie plaatsen
Reacties